ALBANIË
Multinational Advisory Police Element
(MAPE)
Nederlandse betrokkenheid: 15
mei 1997-2001
Krijgsmachtdeel: Koninklijke Marechaussee
Totale aantal betrokken militairen: 33
Achtergrond
Na het einde van het communistische
regime in Albanië in 1991 liet een groot deel van de bevolking
zich begin jaren negentig door de 'snel-rijk'-plannen van gewiekste
zakenlieden verleiden. Ongeveer de helft van alle Albanese families
raakte gedupeerd door de zogenaamde piramidespelen. Zij legden
de schuld voor hun malaise bij de Albanese regering. Het gevolg
was een volksopstand en het vertrek van de regering op 1 maart.
Chaos en wetteloosheid vierden steeds meer hoogtij in de Albanese
samenleving.
Op 24 maart 1997 heeft de Algemene
Raad van de Europese Unie (EU) besloten een missie naar Albanië
te sturen. De West-Europese Unie (WEU) besloot op 2 mei 1997 tot
de oprichting van het Multinational Advisory Police Element (MAPE).
De MAPE moest de Albanese autoriteiten adviseren op het gebied
van de openbare orde, grensbewaking, logistiek en communicatie.
Het mandaat omvatte vanaf 12 oktober 1997 ook de opleiding, training
en uitrusting van de politieagenten, alsmede supervisie van het
politieapparaat in het bijzonder tijdens de periode rond de gemeenteraadsverkiezingen
van 18 en 19 juni 1998.
Nederlandse bijdrage
De Nederlandse regering stelde in mei 1997 drie marechaussees
ter beschikking van de MAPE. De eerste officier, luitenant-kolonel
J.F.C.M. Timmermans, vertrok op 15 mei. Hij werd hoofd van de
Border Police Branch van MAPE die de autoriteiten moest adviseren
over de organisatie van de grensbewaking. In juli en september
1997 volgden een officier en een onderofficier. Het aantal marechaussees
steeg in de loop van 1998 tot negen, onder wie een kolonel die
naast operatiën van MAPE tevens senior national representative
was.
Bron: ministerie van defensie
Boek:
Van Korea tot Kosovo
|